“Mijn muziek op de beiaard moet mensen vooral meer doen ontspannen”
Op sociale media als Facebook en Instagram is hij te zien op een flink aantal filmpjes en foto’s, omringd door vrienden, optredend als solist of in groepsverband samen met andere muzikanten. Op het ene kiekje speelt hij gitaar, op het andere kiekje zit hij geconcentreerd achter het elektronisch keyboard. Tussen de vele kiekjes zitten verschillende opnames die niet alleen de ernst maar ook het plezier op de gezichten laten zien. Amin Ebrahimi (22) werd geboren in Mashhad, de op één na grootste stad van Iran in het noordoosten van het land met een bevolking van ongeveer 2,8 miljoen inwoners en tevens de geboortestad van mensen als de Iraanse ayatollah Ali Khamenei en Ehsan Jami, Hollands beroemdste ex-moslim wiens ouders in 1996 naar Nederland vluchtten.
Hoe Amin naar Nederland kwam, blijkt een tamelijk eenvoudig verhaal te zijn. Na een avondje surfen op internet vond hij in Tilburg de opleiding die perfect bij hem paste en waar hij zich nog kon inschrijven als student Compositie. “Dat ik in Nederland terechtkwam en hier in Tilburg ben gaan studeren, is misschien wel mijn lotsbestemming geweest”, zegt Amin. Wat hij echter nooit kon bevroeden, was dat de Stichting Vrienden van de Tilburgse Beiaard hem ooit zou vragen om een aantal korte uurstukken te componeren voor de beiaard van de Heikese kerk. Feit is dat werk van de jonge Iraanse componist sinds begin juni te horen is in de Tilburgse binnenstad via de beiaardautomaat.
– Hoi Amin, zou je ons iets meer over jezelf kunnen vertellen? Heb je bijvoorbeeld tot nog toe alleen muziek gestudeerd? En hoe ben je in Tilburg verzeild geraakt?
“Ja hoor. Op mijn tiende jaar ben ik al begonnen met het volgen van muziekonderwijs. Ik kreeg privéles in gitaarspelen van mijn Iraanse muziekleraar Hassan Ghazi Hosseini. Daarna kreeg ik ook pianoles en begon ik mezelf muzikaal verder te ontwikkelen. Voordat ik in Tilburg Compositie ben gaan studeren, deed ik ook een aantal andere studies. Zo heb ik ook nog een studie Architectuur gevolgd. En in Iran heb ik op het conservatorium een jaar lang het vak Wereldmuziek gedaan. Het was aanvankelijk ook geen echt serieuze beslissing om hiernaartoe te komen. Ik keek op een avond op internet en zag dat er een aantal opleidingen waren waar ik me als student nog kon inschrijven. Ik heb toen gedacht: waarom niet eigenlijk, laten we gewoon eens kijken wat er gebeurt? Ik heb de sites van de verschillende opleidingen toen goed bekeken. En uiteindelijk heb ik me ingeschreven voor de AMPA, omdat ik vond dat deze voltijdsbachelor beter bij me paste. Het feit dat er ook ongelooflijke goede docenten werken, zoals Anthony Fiumara, maakte mij nog gemotiveerder dan anders om hiernaartoe te komen en mijn muzikale taal uit te breiden.”
– Op Instagram zag ik dat je op een gitaar speelt met een tekst erop. Wat staat er op je gitaar?
“Het zijn twee handtekeningen van grote flamencogitaristen, te weten Antonio Rey Navas en Jose Carlos Gomez. De handtekeningen zijn nu mooie herinneringen aan de dagen waarop ik veel op de flamencogitaar speelde.”
– Is je hoofddoel om componist te worden of wil je een muzikant worden als lid van een groep?
“Ik kan niet ontkennen dat ik graag muziek met andere muzikanten speel, maar componeren is toch echt wel de activiteit waar mijn grootste passie ligt.”
– Je beschrijft je muziek als ‘upbeat’. Het is vrolijke muziek en muziek die mensen raakt, klopt dat?
“Upbeat and grace notes was de naam van een concert in de week van de hedendaagse muziek, waarin ook een compositie van mij te horen was. De titel van het stuk was ‘Baroon’, wat regen betekent in het Perzisch. De muziek komt van een heel oude folk-maqam, het systeem van melodische modi in traditionele Arabische muziek, uit mijn regio genaamd Derena. In het algemeen roept elke maqam een andere emotie of sfeer op bij een luisteraar, zowel qua klank als songteksten. De regio waaruit ik kom is tamelijk warm. Er valt ook niet veel regen. De melodieën in deze folk komen recht uit het hart van de zigeuners die de regen hard nodig hebben. Ze vragen daarbij niet om regen uit de lucht, maar zoeken contact met de regen zelf die in hun cultuur wordt gezien als een onafhankelijk wezen. Ze vragen letterlijk de regen zelf om regen. De muziek die daarbij hoort, is dus muziek die uit het hart gegrepen is.”
– Hoeveel live uitvoeringen van je werk had je al in Nederland?
“Ik heb hier vier uitvoeringen van mijn stukken gehad en enkele opnames van mijn muziek. Een aantal zogenaamde scores werd ook uitgevoerd voor
een aantal audities.”
– Je eerste stuk voor een strijkkwartet werd onlangs uitgevoerd op de Living Composers Society Live. Was je tevreden over de prestaties van de muzikanten?
“De muzikanten deden hun best, maar gezien het feit dat ik een soort van perfectionist ben, geloof ik dat ik nog een stuk tevredener kan zijn.”
– Zijn beiaarden in Iran eigenlijk een bekend instrument?
“Nee, beiaards zijn helemaal niet bekend in Iran. Ik kan me in elk geval niets herinneren over hun bestaan aldaar. Maar er zijn natuurlijk ook niet veel kerken in Iran, daar waar beiaarden meestal mee worden geassocieerd.”
– Wat is volgens jou het meest speciale aan de beiaard als instrument?
“Het feit dat er een machine is die het stuk speelt. Dat geeft je veel kansen om veel noten tegelijk recht te zetten of dingen te schrijven die niet door mensen kunnen worden gespeeld.”
– Je maakte vier korte composities voor de beiaard van de Heikese kerk. De muziekstukken lijken qua compositie nogal op elkaar. Was dit ook je bedoeling?
“Ja, absoluut. Ik wilde een echte coherentiestructuur maken, zodat je ze zelfs samen als één stuk kunt beschouwen of als een totaal dat is opgebouwd uit vier delen.”
– Wat was voor jou het moeilijkste bij het maken van de korte uurstukken?
“Er waren een paar grote moeilijkheden bij het componeren van de stukken, te weten: de dynamiek van het instrument, het doorklinken van een toon nadat deze is aangezet en het bereik van het instrument. Maar de belangrijkste zorg voor mij was dat mensen naar mijn stukken zullen luisteren met een heel luid volume, vooral mensen die in de buurt wonen. Daarom dacht ik dat het iets moest zijn waardoor ze zich meer ontspannen voelen of in elk geval kalm en niet angstig of zoiets.”
– Hoorden je vrienden je muziek al in de toren van de Heikese kerk spelen, zo ja, hebben ze er iets over gezegd?
“Ja, sommigen van hen hebben het gehoord en ik heb al hele leuke reacties en complimenten gehad die me erg blij maken.”
– Je studeert hier niet alleen, je leert mensen ook over Iraanse folk tijdens speciale avonden hiervoor. In hoeverre verschilt volksmuziek uit Iran met de folk die we in het vrije Westen kennen?
“Ik denk dat er door de eeuwen heen een aantal belangrijke overeenkomsten zijn, want veel volksmuziek is de muziek die uit het hart van de menigte komt. Het is ook muziek die mensen ervan bewust moet maken dat we allemaal hetzelfde zijn. We zijn allemaal mensen. En echte mensenharten denken niet aan onderlinge verschillen.”